Niet denken, maar voelen.

Marte zag de zon achter de horizon verdwijnen. De rood-oranje strepen gaven een warme gloed aan de kille, grijze lucht. Het weiland was bedekt met een laagje rijp waardoor het leek alsof er een deken van ijskristallen was neergedaald. Ze had gehoopt dat het uitzicht haar tot rust zou brengen. Er raasde een storm in haar hoofd en ze kreeg de stroom aan gedachten maar niet tot stilstand. Ze voelde een scherpe hoofdpijn, alsof er een strak elastiek op haar slaap drukte.

Marte dacht terug aan het afgelopen jaar. Haar lichaam had haar in de steek gelaten en ze had heel hard moeten werken om daar weer bovenop te komen. Waar ze ooit een druk leven had geleid vol werk, hobby’s en gezelligheid met vrienden, was dat allemaal in één klap tot stilstand gekomen. Alsof de stekker uit het contact was getrokken, had ze wekenlang op de bank gelegen, niet eens in staat om een kop koffie voor zichzelf te zetten. In de maanden daarna had ze – met de nodige hulp – heel voorzichtig haar leven weer opgebouwd.

Ze wist dat ze trots mocht zijn op de stappen die ze had gezet. Maar soms werd ze overvallen door de zwaarte van alles. Dan voelde ze de eenzaamheid en de angst die zich in haar lichaam had geworteld. Als een roofdier lag het op de loer, klaar om zijn prooi te bespringen wanneer die niet op zijn hoede was. Hoe langer ze eraan dacht, hoe sterker het haar overspoelde. De moedeloosheid, de frustratie, het verdriet. Het was alsof ze het allemaal opnieuw beleefde. De tranen prikten in haar ogen, haar keel voelde strak. Toch zat er nu ook iets anders, iets dat ze nog niet kende. Voordat ze kon identificeren wat het was, werden haar gedachten onderbroken door twee handen op haar schouders.

‘Daar ben je!’ zei een stem. ‘Als we nu niet gaan, komen we te laat!’
Marte veegde haar tranen snel weg, draaide zich om en zei: ‘Je hebt gelijk, we moeten gaan.’

‘Voordat we gaan,’ zei Rens, ‘wil ik je iets laten zien.’ Ze wandelden door de winkelstraat, die knus aanvoelde door alle sfeerverlichting. Marte hield van die laatste maanden van het jaar, waarin iedereen extra zijn best deed voor een beetje gezelligheid.
‘Ik moet bekennen dat ik iets heb achtergehouden’ zei Rens terwijl hij een zijstraat insloeg. 

Marte keek hem fronsend aan.
‘Ik weet dat je daar niet van houdt,’ ging hij verder, ‘maar ik wilde je verrassen.’ Rens stopte bij een huis midden in de straat. Marte zag de kerstverlichting branden. In de ramen hingen kleine sneeuwvlokjes. Binnen zag ze de kerstboom staan, naast een schitterende open haard. Op de schoorsteenmantel was een schattig kerstdorpje uitgestald. En in de voortuin stond een grote boom, eveneens feestelijk verlicht. Het geheel zag er sprookjesachtig uit. Het enige wat nog ontbrak, was een laagje sneeuw.

‘Wauw’, verzuchtte Marte. ‘Het is prachtig!’
‘Als je wil, kan dit van ons zijn’ zei Rens.
Martes wenkbrauwen schoten omhoog.

‘Ik heb vanmiddag de makelaar gesproken.’ Rens gaf haar zijn telefoon. ‘We kunnen morgen komen kijken en krijgen voorrang als we een bod willen doen!’ Zijn lach was zo groot dat de kuiltjes in zijn wangen bijna niet te zien waren. Zijn ogen glinsterden terwijl hij haar verwachtingsvol aankeek.

Marte was sprakeloos. Ze scrolde met grote ogen door de foto’s.
‘Wat zeg je ervan?’ vroeg Rens toen. ‘Niet denken, maar voelen.’

Niet denken, maar voelen. Het was een belangrijke les die Marte dit jaar had geleerd. Op haar gevoel vertrouwen, óók als ze niet alle antwoorden had. Rens had gelijk. Als ze ging nadenken, zou ze twijfelen. Ze zou plussen en minnen tegen elkaar afwegen, alle scenario’s in kaart brengen en ze zouden ongetwijfeld te laat zijn om een bod te doen. Dus dacht ze nu niet verder na en zei: ‘ja!’

Ze legde haar handen om het gezicht van Rens en kuste hem. Opgelucht zei hij toen: ‘dan kunnen we nu gaan eten!’

Rens had een tafel gereserveerd in Martes favoriete tapas restaurant. Tot haar verbazing zaten er al mensen aan tafel. Ze zag haar ouders, haar broers en zus en haar beste vriendinnen zitten. Het waren alle mensen die haar dit jaar gesteund hadden. Bij wie ze had geklaagd, gehuild en boos was geweest.

En naast hen stond Rens. Haar Rens. Hij had zijn best gedaan om er netjes uit te zien en een van zijn blouses aangetrokken, waar Marte zo gek op was. Hij had zelfs geprobeerd de blouse te strijken voordat hij hem had aangetrokken. Marte glimlachte om de aanblik van de lichte kreukels die hij hier en daar over het hoofd had gezien. Het paste perfect bij zijn spijkerbroek en nonchalante sneakers. Een warm gevoel verspreidde zich over haar lichaam toen ze hem tussen haar vrienden en familie zag staan.

Rens pakte haar hand en begon te praten.
‘Dit jaar kende voor jou veel tegenslag,’ begon hij, ‘maar je krabbelde steeds weer op, sterker dan ooit.’ De trots waarmee hij sprak, was haast voelbaar.

‘Ook al leerde ik je pas daarna kennen, één ding is voor mij overduidelijk: jij kan alles aan. En ik kan niet wachten om te zien wat je het komende jaar allemaal gaat bereiken.’

Hij hief zijn glas. ‘Op een nieuw begin!’
Nadat Marte iedereen had gekust en geknuffeld, excuseerde ze zich. De toiletruimte was verlaten. Marte keek in de grote, goudomrande spiegel. Nog geen uur nadat ze huilend bij het weiland had gezeten, stond ze nu opnieuw met tranen in haar ogen.

Ze dacht aan alles wat voor haar lag: een nieuwe baan, een sprookjesachtig huis en een fijne relatie. Marte wist ook dat haar onzekere gezondheid altijd een rol zou spelen. Maar op dat moment besefte ze ook wat ze in het weiland nog meer had gevoeld. Geen verdriet of frustratie. Het was opluchting. Opluchting en hoop.

Eindelijk kon ze zeggen wat ze al die tijd niet had geloofd. Maar nu wel. Marte keek zichzelf in de ogen, glimlachte en zei:

‘Ik kan het aan.’

Mireille is een echte boekenwurm. Ze geniet ervan om in een verhaal te verdwijnen en zich onder te dompelen in de wereld van personages. Schrijven deed ze vooral als uitlaatklep wanneer ze moeilijke periodes doormaakte. Afgelopen jaar besloot ze haar liefde voor boeken en het schrijven te combineren door ook zelf verhalen op papier te zetten. Haar deelname aan The Writers Project wakkerde haar enthousiasme als schrijver alleen maar verder aan. Haar droom is om ooit een eigen boek te publiceren.
Mireille
schrijfster

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *